Dag 21 - Zaterdag 2 augustus

Gereden: 232km

Ttijdens het ontbijt genieten we van het prachtige uitzicht over de bergen. Daarna is het tijd voor de afwas en klappen we de tent weer in. Als we wegrijden van de farm zien we onderweg nog een groep zebra's naar ons kijken vanachter een hek. Een klein veulentje staat voor het hek aan onze kant en probeert weer bij de kudde te komen. Maar dat lukt niet. We kunnen niets voor hem doen en hopen maar dat hij uiteindelijk weer terugkomt bij zijn moeder.

Dan rijden we de Gamsbergpas af richting Windhoek en buigen dan af naar het zuiden. Af en toe komen we een auto tegen en ook zien we twee mannen lopen. Je vraagt je af wat ze hier in the middle of nowhere doen. Via de spreetshoogte pas rijden we naar Solitair. Bovenop de pas hebben we weer een fantastisch uitzicht over de woestijn en dan gaan we weer via scherpe haarspeldbochten naar beneden. Bij Solitair moeten we natuurlijk stoppen voor de beroemde appeltaart van Moose. We hadden er veel over gelezen, dat hij zo bijzonder lekker was. Waarschijnlijk omdat er nu zoveel toeristen komen is de productie inmiddels lopende band werk. Wij vonden de taart niet echt bijzonder. Ook het veelgeroemde zelfgebakken brood viel wat tegen, hoewel het heel geschikt was om iemands hoofd mee in te slaan.

Rond een uur of één komen we in Sesriem aan. Eerst rijdt ik de ingang voorbij, er staat alleen de Sossusvlei aangegeven en niet de Sesriem canyon die we nog willen bekijken. Maar deze blijkt toch via de zelfde ingang te bekijken. We melden ons voor ons gereserveerde plaatsje op de camping en rijden dan naar de ingang van de Canyon.

Vanaf de weg is er geen canyon te bekennen. We stoppen bij de parkeerplaats en lopen naar een afgrond, beneden zien we de Canyon liggen. Je kunt een pad volgen dat langzaam naar beneden loopt, en komen weer in een prachtig landschap terecht. Toch gek dat je hier van boven niets van ziet. Halverwege de kloof zien we een sidewinder-slang liggen.  Aan het eind ligt nog een heel klein plasje vies water. Dat is alles wat er is overgebleven van de regens van de afgelopen zomer. In de woestijn is nog goed te zien, dat het een goede regen tijd is geweest. Overal zie je lange grassprieten, die al wel weer behoorlijk geel zijn geworden.

Dan zoeken we ons plekje op de camping op. We hebben een plek waar in het midden een grote boom staat, rondom is een muurtje gemetseld. Met de daktent pasen we niet onder de boom, we zetten de auto maar naast het muurtje en gaan zelf lekker onder de boom zitten. De rest van de middag rusten we lekker uit. De zonsondergang ziet er weer prachtig uit.  Als het donker is maken we nog een gezellig kampvuurtje.